At Leeuwenhoek's request, the mayors relieved him of his duties as camerbewaarder, appointed Arnold Ramp in his place, and appointed Christiaen Drom to replace Ramp as travelling messsenger
It was a busy day for Delft's city government, according to three entries in the magistrate's Kamerboek for that day.
First, the city's governors accepted Leeuwenhoek's resignation from his job as camerbewaarder. They continued his salary of 400 guilders plus 50 guilders annually for the rest of his life.
Then they appointed Arnold Ramp, traveling messenger, to replace Leeuwenhoek as camerbewaarder.
Finally, they appointed Christiaen Drom to replace Arnold Ramp as traveling messenger. Drom was buried threee years later, on April 24, 1702.
According to these documents, the city was in financial trouble, so how would it pay for Leeuwenhoek's pension? The solution was for Arnold Ramp to not get Leeuwenhoek's salary. So how would Ramp be paid? First, he would get the 54 gulden for cleaning the chamber. Second, he would get 50 gulders from Drom, out of his salary as the new travelling messenger. He would also get the emoluments that accrued to the camerbewaarder during the year. Those emoluments would have been considerable, up to 150 guilders. What were they?
The treasurer's account books for 1701 show these payments, which aren't in line with the three documents:
- Anthonij van Leeuwenhoek, camerbewaarder of the council chamber, a year's salary, due on 24 October 1701, 400 gl.
- Arnold Ramp for cleaning the magistrates chamber, 400 gl.
- Leeuwenhoek as district supervisor (wijkmeester), 50 gl.
- Christiaen Drom for a year's salary as travelling messenger, due on 10 October 1701 , 306 gl.
- Servaes Hassing, camerbewaerder of the mayors chamber, for a year's salary, due at the end of December 1701
- The same for cleaning, 50 gl.
Kamerbook 50
Leeuwenhoek's status reviewed
De Heeren Burgemeesteren ende Regenten der stad Delft hebbe op het verzoek van Anthonij Leeuwenhoek Camerbewaerder van de Raad en Schepenen kamer, derselven Leeuwenhoek eenpaarlijk gedimitteerd en ontslagen gelijck sij denselven dimitteren en ontslaen bij desen van sijn voorgemelte dienst en hebben om particuliere redenen en okelijk en alleen haar relatie hebbende op de persoon van deselve leeuwenhoek, goet gevonden gelijk sij goetvinden mits desen dat de voorn. Leeuwenhoek evenwel sal genieten en blijven genieten sijn leven langh geduerende het Tractement dat hij in sijn voors. qualiteit van Kamerbewaerder genooten heeft ter somme van vier honderd guldens alsmede nogh vijftig gulden. Gedaen bij de heeren alle desen 29 Maart 1699 |
At the request of Anthonij Leeuwenhoek, camerbewaarder of the council and magistrates' room, the mayors and governors of Delft have unanimously [dimmed?] and discharged the same Leeuwenhoek as they themselves [dimmed?] and dismissed by this of his aforementioned service and have approved for private reasons having only her relation to the person of the same Leeuwenhoek, as they approved with this that the forenamed Leeuwenhoek, however, will enjoy and continue to enjoy for the rest of his life the salary that he enjoyed in his capacity as camerbewaerder for the sum of four hundred guilders as well as another fifty guilders. Done by all the gentlemen on March 29, 1699. |
Arnold Ramp, traveling messenger, appointed to replace Leeuwenhoek as camerbewaarder.
De Heeren Burgemeesteren ende Regeerders der stad Delft gesien ende geexamineert hebbende de supplactie van Arnold Ramp reisende boode deser stede om te mogen begunstigt werden met de bedieninghe van Kamerbewaarder van de Heeren Raden en Schepenen Kamers vacerende door de vrijwillige afstand en dimissie van Anthonij Leeuwenhoek, hebben den voorn. Arnold Ramp aangesteld en stellen hem aan mitsdesen tot kamerbewarder van de Heeren Raden en Schepene Kamers om de voors. Kamers te openen ende sluijten, soo op orinaris als extra ordinaris vergaderingen van de voorn. Heeren op soodanigen ueren als des vereijscht ende nodig sal wesen. Item desleve Heeren te betoonen alle respect, eere ende Reverentie ende neerstelijk te agtervolgen ende getrouwelijck te effectueren, alle diensten die hem sullen werden belast ende secreet te houden t gunt hij inde Kamers voornoemt soude mogen hooren, de voors. Kameren pertinentlijk te Reinigen ende schoon te houden, het vuer soo waneer den tijt sulcx sal vereischen op sijn bequame tijt aen te leggen ende de koolen die ongeconsumeert soude mogen wesen tot sijn profijt wel te bewaren dat geen ongeluk daar van offte van het ligt van d kaerssen en geschiede, ende sal voorts alles doen dat een getrouwe Kamerbewaerder schuldig is ende behort te doen.
Dogh alsoo volgens resolutie van de Heeren Burgemeesteren op huijden genomen Anthonij Leeuwenhoeck sijn leven langh geduerende sijn Tractement sal blijven genieten, soo is om die reden en om die inatie van de stad niet te beswaren eenpaarlijck goetgevonden en verstaan dat den voorn. Arnoldus Ramp de voors. bediening van Kamerbewaarrder in voege voors. sal waarnemen, de Profjten en Emolumenten daarop vallende wel mogen genieten maar geen Tractement van de stad sal trecken soo lange Anthonij Leeuwenhoeck sal komen te leven, laatstelijk is tot verbeteringh en ontlasting van dese stads finantie ingevolge van de Resolutien bij de heere Burgemeesteren den 29 Maart 1699 op dat subject genomen, goetgevonden en verstaan dat na 't overlijden van Anthonij Leeuwenhoeck de vorn. Arnold Ramp als kamerbewaarder van de Heeren Raden, Weth en Schepen kamers en voor 't schoonmaken van de Schepenen kamers in plaatse van vierhondert vierenvijftigh gulden tot nu toe daar voor genieten voortaan alleen maar sal genieten de somme van vierhondert vijfentwintigh gulden jaarlijcx, op welk Tractement het voors. Kamerbewaerderschap met de last van 't schoonmaken van Schepenen Kamer van die tijd af en voortaen sal werden bediend. Gedaan bij de Heeren alle desen 29 Maart 1699 Note: (Leeuwenhoek) obijt 26 Aug. 1723 |
The mayors and governors of Delft, having seen and examined the addition [? supplactie] of Arnold Ramp, traveling messenger, to be the beneficiary of the office of camerbewaarder of the council and and magistrate chambers vacated by the voluntary resignation and [dimissie] of Anthonij Leeuwenhoek, have appointed the forenamed Arnold Ramp and present him hereby as camerbewaarder of the council and magistrate chambers to open and close these chambers for ordinary and extraordinary meetings of the forementioned gentlemen at such hours as will be required and needed. Item the same gentlemen to show all respect, honor and reverence and to follow aggressively and to effectuate faithfully all services that will be charged to him and to keep secret what he might hear in the aforementioned chambers, these chambers pertinently to cleanse and keep clean, to light the fire at the appropriate time and to keep the coal that may be unconsumed to his advantage, to ensure no accident happens because of it or the light of the candles, and will furthermore do everything that a faithful camerbewaarder is indebted to do and should do. Also according to the resolution of the mayors today, Anthonij Leeuwenhoeck will continue to enjoy his salary for the rest of his life, so for that reason and not to encroach on the city's initiation?, a few approved and understood that the forenamed Arnoldus Ramp shall take care of operating the office of camerbewaarder as prescribed and may enjoy the profits and emoluments falling thereon, but no salary will be drawn from the city as long as Anthonij Leeuwenhoeck is alive, finally is to improve and relieve the city's finances following from the resolution by the mayors of 29 March 1699 taken on that subject, approved and understood that after the death of Anthonij Leeuwenhoeck, the previously named Arnold Ramp as camerbewaarder of the council and magistrates chambers instead of four hundred fifty-four guilders for cleaning the magistrate chambers from now on will only enjoy the sum of four hundred and twenty-five guilders annually, on which salary the office of camerbewaarder with the burden of cleaning the magistrates chamber will be administered from that time and henceforth. Done by all the gentlemen on March 29, 1699. Note: (Leeuwenhoek) died 26 Aug. 1723 |
Christiaen Drom appointed to replace Arnold Ramp as traveling messenger.
De Heeren Burgemeesteren ende Regeerders der stadt Delft geëxamineert hebbende het versoek van Christiaen Drom om begunstigt te worden et den dienst van Reisende boode deser stede in plaats van Arnold Ramp die gevorderd is tot Kamerbewaerder van de Kamers van de Heeren Raden, Weth en Schepenen deser stad, hebben den voorn. Christiaen Drom aangesteld en stellen hem aan mits desen tot Reisende boode deser stad, doch alsoo volgens resolutie van de heeren Burgemren op heeden genomen den voorn. Arnold Ramp geen tractement als Camerbewaerder sal genieten soo lang Anthonij Leeuwenhoek desselfs predeceseur in officio sal komen te leven, is in gevolge vandien eenparichlijk goet gevonden en verstaan dat den voorn. Christaen Drom of die geduirende het leven van Anthonij Leeuwenhoek in desselfs plaats als reisende boode soude vermogen successeeren, gehouden sal wesen soo lange Anthonij Leeuwenhoek leven sal, jaarlijx uit te keren aan Arnold Ramp de soma van f 450 gl. Laastelijk is tot verbetering en ontlastinge van den Stadsfinantie in gevolge van de resol. bij de heeren burgemren den 29 maart dese Jaars 1699 op dat object genomen, goet gevonden en verstaan, dat na overlijden van Anthonij Leeuwenhoek de voorn. Christaen Drom, off die sijn successeur in officio dan mochte wesen, na die tijt aff en voortaen sal genieten een jaarlijx tractement van 256 gl. in plaats van f 306 gl. tot nu toe bij den Reijsende boode genooten. Gedaen bij de heeren alle den 29 Maart 1699. |
The mayors and governors of Delft, having examined the request of Christiaen Drom to become the beneficiary of and to serve as traveling messenger of this city in place of Arnold Ramp who was advanced to camerbewaarder of the chambers of the council and magistrates of this city, have appointed the forenamed Christiaen Drom and present him hereby as the travelling messenger of this city, also, according to today's resolution of the mayors, the forementioned Arnold Ramp shall enjoy no salary as camerbewaarder so long as Anthonij Leeuwenhoek the predecessor in office is alive, is as a result of this, unanimously approved and understand that the forenamed Christiaen Drom, who during the life of Anthonij Leeuwenhoek would have success in the same place as traveling messenger, will, as long as Anthonij Leeuwenhoek will live, have annually to pay to Arnold Ramp the sum of f 450 gl. Finally is for the improvement and relief of the city's finances following the resolution by the mayors of 29 March of this year 1699 on that object taken, approved and understood, that after Anthonij Leeuwenhoek dies the forenamed Christiaen Drom, or whoever his successor in office might be, after that time and henceforth will enjoy a yearly salary of 256 gulden in place of the 306 gulden enjoyed up until now by the travelling messenger. Done by all the gentlemen on March 29, 1699. |
Note:
The date on these three documents, March 29, 1699, is a Sunday, so it may well not be correct
Register van uitgaven door de thesaurier, 1701 -- OAD old inv. 679.1 - 679.123, new inv. 4364
Anthonij van Leeuwenhoek camerbewaarder van de Raatcamer, over een jaerswedde, verschenen den 24 October 1701, IIIIC gl.
Arnold Ramp voort schoonmaecken van Schepenenkamer mitsd. van de Vroetschappen en de Schutterskamer, LIIII gl.
Den voornoemde Leeuwenhoek noch als Wijckmr, L gl.
Christiaen Drom over een jaar tractement als Reisende boode, verschenen den 10 Octob. 1701, IIICVI gl.
Servaes Hassing Camerbewaerder van burgemrren Kamer over een jaerwedde, verschenen ullto Decemb. 1701
Idem voor het schoonmaecken, L gl.